Dieren hebben eigenschappen in bouw en gedrag waardoor bevruchting mogelijk wordt. Er zit verschil in die eigenschappen tussen landdieren en waterdieren.
Bij mensen zijn sommige lichamelijke eigenschappen die een rol spelen bij de bevruchting al aanwezig. Andere worden pas ontwikkeld in de puberteit. Anders dan dieren kunnen mensen seksueel handelen loskoppelen van voortplanting.
Dieren krijgen jongen op twee manieren: door een ei te leggen, of door bevruchting in de baarmoeder. Sommige dieren zijn na de geboorte afhankelijk van hun ouders. Anderen kunnen zich direct zelf redden.